Ik kreeg een telefoontje van de politie.
Ik moest thuis blijven ,want ze kwamen me ophalen.
Ik moest een straf uitzitten .
Eigenlijk zochten ze mijn vader hij had de belasting opgelicht en mij erin genoemd.
Ze konden hem alleen niet vinden dus moest ik het maar uitzitten.
Ik was boos en verdrietig: boos op mijn vader en verdrietig omdat ik niet de gevangenis in wilde.
Ik ging naar mijn moeder en vertelde het verhaal.
Ze was boos op mijn vader:"als hij de belasting opgelicht heeft zal hij er ook voor boeten. Jij gaat niet de gevangenis in om iets wat je vader gedaan heeft."
Ze belde direct mijn vader op ,dat hij thuis moest komen.
Inmiddels was mijn broer er ook en die hield de politie aan de praat tot mijn vader thuis zou komen.