Loading...
nl

Mijn verhaal

Emuca
Emuca mrt 4 '09
Een paar weken geleden ben ik begonnen met een verhaal, die nu al vele pagina's telt. En de proloog wil ik graag met jullie delen! smileIk ben niet echt een goede schrijven, maar het lucht op. Ik hoop dat bij jullie in de smaak zal vallen. smile

Proloog


Soms dan lijkt niks wat het lijkt... En soms lijkt alles op niets... Werelden gaan open, werelden gaan dicht. Eigenlijk leven we allen in een grote illusie vol leugens en bedrog. Met een wazige blik die toch heel scherp lijkt, loopt iedereen rond, dingen doend die ze... nou ja... altijd doen. Hun ogen zijn open, maar ook gesloten. Gesloten voor de realiteit. Hun illusionele wereld is wat zij de realiteit noemen. Eigenlijk de compleet tegenovergestelde wereld dus. Maar zo is het nu eenmaal. Omdat het normaal is. Maar in werkelijkheid ziet niemand door die illusie heen. Zelden prikt er iemand door, en als dat gebeurd.. Geloofd niemand wat degene ziet. In de middeleeuwen zou je dan verbrand worden als heks, een paar eeuwen later opgesloten in een gesticht. Daarom praat niemand er meer over. Iedereen wil normaal zijn. Een kopie van alle anderen. Maar, degene die hun ogen wel openhouden voor de werkelijkheid, weten hoe het echt zit.

Af en toe vind ik het lekker, om in een drukke straat, als het regent, stil te gaan staan. Dan voel ik hoe ik nat word, kijk ik hoe de haastige mens langs spoedt om droog te blijven, probeert de tijd in te halen en doen alsof de duivel hen achterna zit. Alsof elke gemiste seconde een zonde is, een gemiste geleefde seconde. Niemand heeft echt door wat er om zich heen werkelijk gebeurd. Het dringt niet tot ze door. Een kind valt en huilt om zijn geschaafde knie. Niemand reageert. Alleen een vrouw, vermoedelijk de moeder, doet een poging tot hulp. Ze trekt het kind mee, zodat het niemand meer tot last is. Maar in werkelijkheid, is het niemand tot last, want het valt niemand op. Nooit. Ik zag het gebeuren. Maar ik deed niets. Waarom eigenlijk niet? Was ik zelf ook zoals al die anderen? Was ik ook iemand die probeerde te ontsnappen? Mijn gedachten houden me minuten lang gevangen. Starend, met een blik op oneindig, zie ik iedereen als een soort waas voor mijn ogen voorbij schieten. Iedereen zag er anders uit. Maar was toch zo hetzelfde.

Mijn haren plakken aan mijn voorhoofd, en mijn kleding is doorweekt als ik besluit om naar huis te gaan. Huis. Een veilige plek. Warm en gezellig. Maar soms voelt het leeg, koud en kaal. Dan hangt er een kilte in het huis, dat zo kriebelig via je ruggengraat naar boven sluipt waardoor je hele lichaam huivert. Op de weg naar huis, die ik lopend afleg, let ik alleen maar op mijn eigen ademhaling, mijn voetstappen, en de regen die op de stoep klettert als een lekkende kraan. Diepe plassen zijn ontstaan op het asfalt. Ik ontwijk ze niet als ze op mijn pad komen, waardoor mijn schoenen al snel blank staan. Ik had de bus kunnen pakken, maar het is niet ver, en ik voel vandaag de behoefte om gewoon te lopen. Ook al zijn de weergoden mij niet goed gezind.

De plaats die ik huis noem, is vandaag leeg. Er brand geen licht en geen geluid is hoorbaar dan de regen. Diezelfde regen zorgt voor een troosteloze aanblik. Het maakt me niet uit. Ik ben het nu wel gewend. Met een ouderwetse sleutel open ik de grote, houten deur, die krakend opengaat. Een schemerige hal doemt voor me op. Leeg. Ik loop meteen door naar de keuken en zet water op. De klok die in de woonkamer hangt, klinkt door het hele huis. Het loopt tegen de klok van vijf. Geheel automatisch en nog steeds in gedachten voor me uit starend, schenk ik het kokende water in een mok, gooi ik er wat suiker bij en een theezakje en loop ik al roerend met een lepeltje, richting de woonkamer. Ik ga zitten met de kop dampende thee in mijn handen. De bruine vloeistof geeft toch iets vertrouwds, iets huiselijk. Ondanks de sfeer die ver te zoeken is, is dit mijn thuis.
De geurende kruiden dringen mijn neusgaten binnen. Ik zucht. De schemerige kamer geeft me toch een veilig gevoel, ook al ben ik alleen. Ik ben niet altijd alleen. Dat gevoel heb ik soms. De ene keer heviger dan de andere keer. Ik zet de afkoelende mok op het tafeltje voor me en pak het lucifer doosje. Direct nadat ik het stukje hout over het doosje haal, ontstaat er een vlammetje, vergezeld met de scherpe geur van zwavel. Ik breng het brandende stokje richting de lont van een enkele zwarte kaars, die voor me staat. Mijn lichtpuntje zal snel weer terugzijn. Ik voel het. Ik weet het. En mijn gevoel is altijd juist.
Delen:
admin
admin mrt 4 '09
Nou nou. Compliment!

Mooi verhaal. Goed geschreven. Ook met diepgang.
Ik lees er ook uit dat je open en met volle bewustzijn in het leven staat.
Prima.
Ik kijk al uit naar het vervolg!

Groetjes,
Hans
Emuca
Emuca mrt 4 '09
Inmiddels ben ik al bij hoofdstuk 25 en blijven verschillende mensen me aansporen me het uit te laten geven als een boek, wat best wel een grote droom van me is. Wie weet mag deze droom ooit uitkomen.

In ieder geval heel erg bedankt voor deze reactie, het is altijd fijn om zulke positieve woorden te mogen lezen.
JulienMoorrees
JulienMoorrees mrt 4 '09
Wat goed geschreven zeg! Ik zou graag de rest ook willen lezen laugh.
Emuca
Emuca mrt 4 '09
Heel erg bedankt... Ik zal misschien nog wel wat overige hoofdstukken gaan plaatsen... smile
koenewoen
koenewoen mrt 4 '09
Dit is inderdaad een knappe tekst. Met gevoel geschreven, ben ook wel benieuwd naar het vervolg!
Emuca
Emuca mrt 4 '09
Heel erg bedankt :3. Het schrijven van deze tekst heeft me geholpen door een moeilijke en emotionele periode heen te komen. Sommige noemen me een gevoelsschrijver, omdat ik van te voren dus geen plot bedenk. smile
JulienMoorrees
JulienMoorrees mrt 4 '09
Gaat het eigenlijk over jezelf en wat je meemaakt, of zitten er ook verzonnen stukjes in?
Emuca
Emuca mrt 4 '09
Het gaat over mij ja, maar niet alles heb ik zelf meegemaakt. smileLater in het verhaal wordt het meer fantasy, maar ik schrijf wat ik voor mijn gevoel schrijven moet. smile
Lena
Lena mrt 4 '09
heerlijk gelezen,gevoel smile
Emuca
Emuca mrt 4 '09
Heel erg bedankt. Al jullie lieve positieve woorden laten me wat minder ziekjes voelen. xD
gast
gast mrt 4 '09
Yes you know! Ga vooral door zou ik zeggen laugh
Emuca
Emuca mrt 4 '09
Heel erg bedankt. :3 Dit doet me echt goed.
Emuca
Emuca mrt 5 '09
Na al die fijne woorden en aansporing via msn, heb ik besloten het eerste vervolg te plaatsen. Ik hoop dat jullie het leuk vinden.

Hoofdstuk 1


Het begon allemaal al vrij vroeg eigenlijk. Ik herinner me het aan de ene kant nog goed, en aan de andere kant ook weer niet. Misschien probeerde ik het wel te verdringen, ik was immers een kind. Maar datgene wat gebeurd was, zou mijn leven voorgoed veranderen, dat was zeker.

Ik was een verlegen meisje van 6. Ik ging zoals elk ander kind in deze harde wereld naar school. Ik leerde lezen, schrijven en rekenen, zoals ieder ander. Ik was een kind met een grote fantasie. Ik tekende veel en leefde voornamelijk in mijn eigen wereld. Die goede oude tijd, waar je nog zorgeloos kind kon zijn, zonder dat mensen het raar vonden, of gek. Een kind mag zich tenminste gedragen als een kind.


Ik open mijn ogen. Het gebeurd wel vaker de laatste tijd, dat mijn gedachten zo snel afdwalen dat ik terug ga naar vroeger. Beelden van het verleden flitsen voor mijn ogen. Leuke beelden, maar ook vervelende beelden. Sommige beelden herinnerde ik me nog heel goed en stonden op mijn netvlies gebrand, en andere was ik totaal vergeten. Het kan best nuttig zijn. Soms.

Ik kijk naar de mok thee in mijn handen. De halfgevulde beker met thee is dusdanig afgekoeld, dat het eigenlijk niet lekker meer is om te drinken. Ik denk dat ik wat langer weg ben geweest dan ik dacht. De kaars is ook een stukje korter. Ik kijk op de klok. Half zeven.

Anderhalf uur zijn verstreken, zonder dat ik er erg in had. Buiten heerst er nu totale duisternis. Ik weet niet zeker of het nog regent, ik denk dat het miezert. Ik sta op en begeef me naar het kleine oude keukentje, klaar om te beginnen met het avondmaal. Ik voel hoe een laken van bezorgdheid over mijn gelaat trekt. Mijn lichtpuntje is nog steeds niet thuis. Ik maak me zorgen, zoals ik dat altijd doe. Ik weet dat het beter zou zijn als ik dat niet deed, maar ik kon het niet loslaten.

Snel werp ik een blik op mijn telefoontje. Het enige wat het aantoont, is de tijd. Geen bericht, geen gemiste oproepen, niks. Zuchtend trek ik de oude koelkast open. Alles in dit huis is oud, maar meer kunnen we ons niet veroorloven. Ik kijk rond, en vind hetgeen wat ik klaar wilde maken, wat bloemkool, een pak aardappeltjes en vlees. Twijfelend zet ik de pannen op het fornuis. Misschien moet ik wachten, maar mijn maag knort. Veel heb ik nog niet gegeten vandaag.

Weer compleet in gedachten verzonken zet ik de voedselwaren op het aanrecht. Met mijn elleboog duw ik de koelkastdeur dicht, die met een zuigend geluid sluit. Iets strijkt tegen mijn been aan, wat mijn aandacht te trekt. Ik kijk naar beneden, en zie een van de 2 katten kopjes gevend bij mijn benen staan. De zwarte kater kijkt me hongerig aan. Ik glimlach en beloof het beest snel iets te geven. Als het door blijft jammeren pak ik het dier op. Het is een best groot en zwaar dier, dus ik moet veel kracht zetten. De gele ogen van het dier flitsen in het licht van het lamp, nijdig, omdat het geen eten kreeg. Het krijgt altijd eten tegelijk met ons, maar, het is wat later dan normaal gegeten wordt. Geschrokken door het onverwacht opgepakt worden, steekt het dier zijn nagels uit en spreidt het z’n pootjes. Per ongeluk strijken deze langs mijn wang, waardoor er een kras ontstaat. Typerend voor katten nagels, wordt het meteen dik en irriteert het een beetje, maar dat hindert niet, het zorgt ervoor dat ik weer terug op aarde ben met mijn gedachten.

Ik zet het dier terug op te grond, dat meteen richting zijn etensbakje schiet. Ook de andere kat is erbij gekomen. Ik besluit ze toch maar te eten te geven, en pak een blikje merkloos kattenvoer van de plaatselijke supermarkt. Met mijn nagel druk ik het lipje ophoog, zodat ik het blik gemakkelijk kan openen. Een klein moment later is het blik open, en beginnen de dieren luid te miauwen. Ze hebben honger, flinke honger. Ik vul de bak van de zwarte kater al eerste, zodat hij eet, en de kleinere zwart met witte poes met rust laat. Anders weet je het, dan krijgt het arme dier veel minder.

Ze werken het voer schokkend naar binnen, alsof ze 3 dagen voor het laatst gegeten hebben. In werkelijkheid was dat maar een paar uur. Maar, de dieren hadden een hele dag geen gezelschap gehad, en hebben niet zoveel besef van tijd. Voor hun gevoel waren er misschien wel 4 dagen verstreken. Ik dek het blikje af met een plastic dekseltje en zet het terug op de plank zodat de dieren er niet bij konden. Ik gaap even en schud mijn hoofd, zodat mijn brein wat meer zuurstof zou opnemen.

Ik schrik als mijn mobiel opeens geluid begint te maken. Snel loop ik naar het aanrecht, waar ik mijn telefoon heb achtergelaten toen ik de dieren hun eten gaf. ‘U heeft een nieuw bericht.’ Opgelucht klap ik mijn telefoon open, en zie een naam staan. Een sprankje hoop vult mijn lichaam. Ik druk op lezen, en de letters flitsen over het beeld.

‘Hoi liephi, Ik kom eraan hoor! Geen zorgen, ik ben oké. Over een half uurtje ben ik thuis, heb je al gegeten? Ik hou van je, kusjes <3’


Ik kan het niet helpen te glimlachen. Alles is goed, gelukkig. Al die kriebels waren er weer voor niks. Maar dat is niet erg. Snel druk ik op antwoorden om een berichtje terug te sturen. Ik vermeld dat ik nog niet gegeten heb, en snel aan het eten zal beginnen, zodat we nog lekker samen kunnen eten.

Ik pak de boter en spuit wat in een koekenpan, zodat ik het vlees kan pakken. Het water voor de groenten staat al op, en begint aan de kook te raken. Als het goed is, zal alles op tijd klaar zijn. Mijn maag knort en geeft aan dat het de hoogste tijd is om te gaan eten. Maar ik zal wachten. Samen eten is nu eenmaal veel fijner.
Om mijn honger te stillen snijd ik een plakje leverworst af, die ik vervolgens in mijn mond stop. Het blijft lekker.

Ongeveer een half uur later, als ik de laatste hand leg op het avondmaal, hoor ik een slot in de voordeur steken. Het oude slot klikt, en de oude voordeur zwaait krakend over. Ik hoor voetstappen, een tas die wordt neergezet en een druipende jas die wordt opgehangen.
"Ik ben thuis!" klinkt een stem. Ik glimlach. Eindelijk thuis. Weg zorgen en weg bezorgdheid.

"Smaakt het?" vraag ik, als ik met een liefdevolle glimlach richting mijn vriendin kijk. Ze heeft net een enorm stuk aardappel naar binnen gepropt en kijkt op. Ze lacht en probeert haar mond dicht te houden, zodat de inhoud binnen blijft. Ze knikt, en werpt me een geliefde blik terug. Ik voel me warm worden van binnen. Dit soort momenten maken me zo gelukkig. Ik herinner me zo goed hoe het voelde voordat ik dit kon voelen. Ik voelde me vaak alleen, miste haar vaak. Maar toen het eenmaal zover was, werd mijn jaren lang wachten beloond. Pijn verdween.
"Waar denk je aan?" vraagt ze als ze haar mond leeg heeft. Ik kijk op. Ik had weer eens zitten staren, ik zag het in haar ogen.
"Ik dacht aan vroeger." antwoord ik met waarheid.
"Hoe veel vroeger?"
"Een paar jaar geleden, je weet wel... Toen onze relatie net begon... Die lang durende jaren voordat we eindelijk samen konden wonen..."
"Ah.. Die vroeger.... Denk er maar niet teveel aan, liephi, die tijd is nu voorbij." Ik knik als antwoord, maar ik weer dat het toch in mijn gedachten zal blijven rondspoken. Dat weet ze ook wel, dus daarom probeert ze me over andere dingen na te laten denken. Ze weet dat we beiden liever niet aan die tijd willen terugdenken. Er gebeurde toen veel. Misschien wel te veel.. Meer dan we aankonden in ieder geval. Maar we kwamen erdoorheen, en nu is alles beter.

"Hoe was je dag?" begint mijn lichtpuntje, mijn zonnetje. Ik glimlach, blij dat ze over wat anders begint. Ik vertel haar wat ik vandaag gedaan heb. Hoe is 's morgens werkte, en hoe ik daarna het gevoel kreeg dat ik door de regen naar die ene straat werd getrokken. Ik kijk haar aan, en zie meteen dat ze daarover nadenkt. Het is een ogenblik stil.
"Denk je dat er wat aan de hand is?"
"Ik weet het niet." En dat meen in. Mijn gevoel zegt meerdere dingen. "Het is alsof ik nog steeds naar die straat wordt getrokken, alsof het nog niet over is." vervolg ik.
"Hmmm... Dus... Het is nog niet over?"
"Nee.. Ik ga morgen weer, als het gevoel niet stopt."
"Je zal hem vinden."
"Ik weet het, maar... Ik vraag me af waarom mijn gevoel me vandaag al stuurde..."
"Misschien omdat je de omgeving moest kennen, of omdat je op die manier al dingen hebt gezien..."
"Je zal wel gelijk hebben..." Ik neem een slok van mijn appelsap, die we meestal drinken bij het diner, en slik het door.
"Ik hoop dat het stopt met regenen... Ik ben het nu wel zat." Ik zie een lichte angst in haar ogen staan, ze houdt niet van regen. Dat weet ik maar al te goed. Ik stel haar gerust, en ze kalmeert. Wel verzoekt ze me morgen goede regenkleding aan te doen.

Ik zal hem vinden. Ik moet hem vinden. Voor het te laat is.
koenewoen
koenewoen mrt 5 '09
Knap! wink

Echt heel goed geschreven, en met heel veel gevoel!

Hopelijk blijf je het vervolgen.
Emuca
Emuca mrt 5 '09
Heel erg bedankt smile
admin
admin mrt 5 '09
Weer prachtig, hoor!

Ik wil nu graag de rest lezen! smile
Emuca
Emuca mrt 5 '09
Heel erg bedankt. Het is zo fijn om zulke positieve reacties te krijgen. Eerlijk gezegd durfde ik het eerst niet te plaatsen, want ik ben nog vrij jong, en dit is mijn eerste verhaal dat ik een beetje verder heb geschreven dan hoofdstuk 3. Ook is het natuurlijk niet echt een schrijfstijl en genre dat iedereen aan zal spreken. En ik kan natuurlijk niet voorspellen of ze hier wel zitten te wachten op een verhaal van een broekie van 18 xD.

Ondertussen vliegen de woorden mijn vingers uit en ben ik er stiekem wel een beetje trots op. Ik had zo het gevoel dat ik dit moest schrijven. Positieve reacties zijn dan ook heel fijn en motiverend. DUs heel erg bedankt.
koenewoen
koenewoen mrt 5 '09
Het doet er niet toe of je 18 bent of niet!
Het is gewoon goed geschreven, en aangenaam om te lezen!
Ga vooral verder!

Social Services

Delen:

Netwerk

carina
Helderziende magda
Angela
Ies
Annemarie
Roy
Patske
xXBertDeZienerOpenaarDesDerdeOogXx69x420
Nouki