Mooi gezegd Gast
_________________________
Dagtekst van 17/05/2010.
"Ken je dit sprookje van Tolstoj?
Er was eens een koning die, toen hij over zijn landerijen
wandelde, een graankorrel opraapte ter grootte van een hazelnoot.
Verbaasd deed hij een beroep op de wetenschappelijke kennis van
alle wijzen aan zijn hof, maar geen van hen kon hem er de naam
van geven, noch de herkomst. Hij vernam echter dat er in zijn
koninkrijk een zeer oude man woonde, die hem wellicht zou kunnen
inlichten, en hij liet hem opzoeken. De man, bijna blind, kwam
steunend op twee krukken aan. Na de korrel uitvoerig te hebben
bestudeerd, moest hij bekennen dat hij het niet wist. 'Maar ik
zal mijn vader roepen,' zei hij, 'misschien kan hij zich
herinneren iets te hebben gezien dat vergelijkbaar is.' Steunend
op één enkele kruk kwam de vader aan. Ook hij kon de korrel niet
thuisbrengen, maar stelde op zijn beurt voor om zíjn vader te
laten komen.
Die kwam al spoedig aan; hij had het uiterlijk van een jonge
man, sterk en monter. Hij pakte de korrel beet en slaakte een
kreet: 'Maar dat is een graankorrel die in mijn kindertijd
groeide!' zei hij. 'In die tijd waren de tarwekorrels heel groot,
maar naar mate de mensen oneerlijker en boosaardiger zijn geworden,
werden ze steeds kleiner. En als u vindt dat ik er zo sterk
uitzie, en jonger oog dan mijn zoon en mijn kleinzoon, komt dat
omdat ik nog immer leef volgens de regels van eerlijkheid en
goedheid die golden ten tijde van mijn jeugd.' "