Een boodschap van Judas
Ik wil jullie, mijn medemensen op aarde,
iets vragen. Al bijna tweeduizend jaar
ben ik nu in de geestelijke wereld.
En al die eeuwen daar ben ik nu al de speelbal
van jullie emoties, jullie afschuw en angst.
Hier, in de geestelijke wereld, is het leven
anders dan op aarde: wat ik denk, zie ik hier
in beelden buiten mijzelf geprojecteerd.
Denk ik aan eten, dan zie ik dat voedsel
in beelden om mij staan. Denk ik aan de aarde,
dan zie ik het aardse leven om mij heen.
Maar wat andere mensen denken en voelen,
voel ik als eigen gedachten en gevoelens.
Wat op aarde buiten was, is nu binnen,
en wat daar binnen was, is hier buiten geworden.
Jullie oordeel over mij voel ik heel direct
van binnen: het doet mij ondraaglijk veel pijn.
Jullie afwijzing voel ik als een steek in mijn hart.
Gelukkig is het de blijvende liefde van Christus
die mij elke dag als een troost geschonken
wordt en die mij draagt en staande houdt.
Ik wil jullie vragen: bevrijd mij van de pijn
van jullie oordeel, heb mededogen met mij
en als het kan: heb mij lief. Dan zal ik
eindelijk vrij worden, een vrij mens.
Ik durf dat jullie te vragen, omdat jullie
daardoor ook zelf geestelijk zult groeien.
Want wie mededogen met mij heeft,
krijgt mededogen met zijn eigen schaduw,
zijn eigen innerlijke Judas. En alleen wie
mededogen met de eigen schaduw heeft,
kan een heel mens worden, en raakt in staat
om licht en donker met elkaar te verzoenen
en die beiden één te maken: geheeld licht.
Die mens heeft donker en licht op een hoger plan
tot een licht van puur bewustzijn omgevormd.
Zo mag ik, Judas, door jullie afgewezen
en veroordeeld, jullie de weg wijzen naar
de ware heelheid. Wie mij, Judas, liefheeft,
overstijgt de dualiteit en wordt heel, wordt
één. Als dat gebeurt krijgt mijn lot een diepe
zin en is mijn lijden niet vergeefs geweest.
bron:
http://www.hansstolp.nl/lees_tekst.php?id=16