Veel plezier!
Quote:
We lopen hier, allemaal ons eigen leven te leiden. Tussen de levenden in. Wij zien hen wel maar zij ons niet, op sommige na dan. Soms is het mogelijk om een praatje te maken met een levende. Soms heb ik er ook nood aan om het te doen. Vlak voor ik naar ”de andere kant' moest komen, zei onze pastoor me dat ik naar de hemel zou gaan. Ik was (ben) 16 jaar. Dus ik geloofde hem. Ik was niet meer bang om te gaan. Maar ik zag mijn moeder, vader en zusje huilen. Dat deed pijn...Hoe dan ook. De hemel' (wat ik de andere kant noem) is niets meer dan de wereld waar je van daan komt..
Ik kijk doelloos rond, zoek met mijn ogen naar mensen die ook die van mij opzoeken, dan weet ik dat ze me kunnen zien, dan weet ik dat ik hen kan volgen tot hun thuis en dat ik dan met hun kan praten. Mijn ogen blijven hangen wanneer ik een klein meisje zie oversteken. Een auto komt tegen hoge snelheid afgereden en de bestuurder, die er overduidelijk niet bij is, ziet het meisje niet. Een kreet van pijn gevolgd door een doffe klap doet me naar het ongeluk toe bewegen, niet alleen mij trouwens. Een hoop mensen lopen paniekerig rond het ongeval. Een jongen van een jaar of 20 kijkt me recht in mijn ogen aan. Zijn bewegingen zijn, in tegenstelling tot die van de andere levenden ook erg rustig. Hij knikt naar de richting van het meisje en ik begrijp wat hij zeggen wil. Ik wandel naar het meisje toe. Haar ziel is half uit haar lichaam dat nog zwakjes ademt. Ze roept om hulp maar niemand kan haar horen, behalve ik, de geesten rondom me en die jongen die ook mij kon zien...Behulpzaam ga ik tot bij het meisje en ik geef haar een hand
”Het is goed, ik help je' Zeg ik vriendelijk.
Ze neemt mijn hand dankbaar aan en kijkt angstig rond. Plots rollen er tranen over mijn wangen (ja, ook geesten kunnen huilen. Ze hebben gevoelens want hun ziel leeft nog, alleen kunnen ze geen pijn meer voelen. Geen lichamelijke alle sinds)
”wat is er?' vraagd het meisje dat ineens bezorgd naar me kijkt, ze lijkt plots haar eigen dood vergeten te zijn. Ik werp een schuwe blik op de jongen die begrijpend knikt. Hij staat nog steeds naar ons te kijken.
”Een herinnering' antwoord ik vaag. Het is ook maar een herinnering...Een herinnering aan het afscheid van mìjn ouders. Ik ben ook omgekomen bij een auto ongeluk. Een dronken bestuurder maaide me zo van de weg af...Op deze plek...Precies dezelfde plek. Ik kijk het meisje onderzoekend aan. Hoe kan ze zo kalm zijn? Ik was hysterisch toen ik mijn lichaam zag liggen...Of het gene dat daar nog van over schoot. Ik kreeg toen ook hulp, hulp van een jonge geest, tì³en 20, ondertussen is dat al vijf jaar geleden maar hij is nog steeds 20. Als je eens dood bent, behoud je de leeftijd die je had toen je stierf. Ik blijf zestien hoewel ik wel wijzer word. Dit meisje staat er anders tegenover. Zij aanvaard het.
”gaat het?' vraag ik, meteen er na wil ik mezelf voor de kop slaan. Ze is net dood gegaan en ik vraag of het gaat?!!
”naar gelang de omstandigheden wel!' lacht ze.
Wederom ben ik verbaasd over haar luchtigheid. Ik hoor sirenes en het meisje kijkt hoe haar lichaam in een plastick zak gestoken word en word weg gevoerd. De politie maakt de baan weer vrij en de menigte gaat naar huis. Morgen zijn zij het allemaal vergeten, maar wij, degene die gestorven zijn, wij niet. Wij herinneren ons nog precies onze dood. Veel mensen denken ”degene die dood zijn, die zijn van de miserie af, de nabestaande, dìe hebben het pas moeilijk' maar je zou er van verschieten hoe moeilijk geesten het kunnen hebben.
Ik kijk zoekend rond en zie de jongen weg wandelen.
”ga hem zoeken' zegt het meisje dat mijn blik volgde
”en jij dan?'
”Ik heb tijd genoeg om uit te zoeken hoe en wat geloof ik' antwoord ze synisch
”feit! Ik zoek je snel weer op'
”als dat nodig is, vinden we elkaar vanzelf wel' reageert ze nu wijs, ze draait zich om en gaat op zoek naar....Tja naar wat eigenlijk?
Ik zelf besluit haar raad op te volgen en volg de jongen tot zijn huis. Ik voel een zekere verbintenis met deze jongen.
Hij kijkt om zich heen, glimlacht en doet een bijna onzichtbaar teken dat ”iemand' heb moet volgen. Zou ik die iemand zijn? Zo niet heeft hij pech. Ik ben een geest, dat hij me maar eens tegen houd!
Ik volg behoedzaam, vreemd, toen ik nog leefde vond ik het heerlijk om gevaar op te zoeken door in onbekende straten te gaan waar niemand in durfde. En nu, nu ik dood ben, nu er niets meer kan gebeuren, nu ben ik wel bang om een stap in het onbekende te zetten.
Hij loopt een trapje op en doet de deur open. Ik ga gewoon door de muur (dat is overigens een van de voordelen van een geest zijn!)
Ik wandel rond in de woonkamer. Ik hoor dat de jongen zich in de zetel zet. Hij zet geen tv op, hij neemt geen boekje maar volgt mijn bewegingen. Ik voel me ongemakkelijk onder zijn blik. Ik probeer om ongemerkt weg te glippen maar zijn stem houd me tegen
”je hoeft niet weg te glippen, ik kan je zien' reageert hij
Ik draai me om en kijk hem vragend aan.
”ik weet dat je kan praten. Je hebt vast wel een stem'
Nì³u dat zou wel eens kunnen tegen vallen. Ik heb helemaal geen stem, ik heb alleen gedachten. Weet je, als je je afsluit voor de levenden kan je je niet voorstellen hoe vredig de stilte is.
”Je kan praten door gedachten' hoor ik hem zeggen.
Ik kijk hem aan en stuur gedachten door.
”wie ben jij?'
”ik ben Tim' antwoord hij luidop
Ik kijk even angstig om me heen, wat als iemand dat hoorde? Gaan ze hem niet voor gek verlaren?
”Wees maar niet bang, er is niemand' reageert hij nog voor ik een vraag kan stellen.
”hoe oud ben je' ik laat me niet van de wijs brengen door hem!
”16'
”16? Je lijkt ouder'
”weet Ik. Jij ziet mijn ziel, niet mijn ware lichaam.'
”ik zie je op de leeftijd dat je gaat sterven...' zeg ik plots. Ik schrik van mijn eigen woorden. ”Sorry!'
”Het is niets, ik weet het wel' grinnikt hij
”je weet het?'
”ik weet het. Ik ben een oudere ziel. Ik weet wat me te wachten staat, ik ben er om mensen te helpen. En jij bent er om me te begeleiden' verklaard hij
”maar ik...'
”je bent slim genoeg' is hij me voor
”gatver!' vloek ik
”je mag niet vloeken, god is daar niet blij mee'
”god houd zich niet aan zijn beloftes, das ook een zonde!' antwoord ik boos.
”niet?'
'neen! Hij beloofd de hemel en hij geeft de hel' antwoord ik scherp.
”Zie je het zo?'
”ja!'
”misschien moet ik jou dan eerst helpen...'
”ik ben dood, wat haalt dat uit?'
”levend of dood, positief denken is nooit verkeerd'
”feit.'
Ik hoor een sleutel in het slot
”ik ga, je vind me wel als je me nodig hebt' en ik verdwijn
”bangerik.'
Ik sta weer buiten. Ik zie dat het koud is maar ik voel het niet. Net zoals ik vrienden wel kan zien huilen maar niet kan troosten, en net zoals ik kan zien dat mijn moeder zich schuldig voelt voor haar laatste woorden tegen me, maar niet kan zeggen dat ik het haar vergeef, dat mijn vader zich begraaft onder het werk om niet aan me te denken maar ik niet kan zeggen dat hij het rustig moet doen. Net zoals ik kan zien dat mijn broertje huilt op zijn kamer om me, maar onder in de keuken sterk is en zijn gezinnetje bij elkaar probeert te houden, ook al voelt de lege plek aan de tafel zo pijnlijk aan. Ik zie mijn hele gezin uit elkaar vallen door mij maar ik kan niets beginnen! Zeg nou nog maar eens dat een dode geen problemen meer heeft! Zeg nou nog maar eens dat mensen die zelfmoord plegen laf zijn! En zeg nu nog maar eens, dat je dood wil als je het even moeilijk hebt. Levenden weten niet wat pijn is, ze weten niet wat problemen zijn. Maar hey, wie ben ik om daarover te oordelen? Tenslotte telt mijn mening niet. Niemands mening telt hier. We lopen allemaal door elkaar. ”leven' gewoon verder. Tussen de echte mensen in. Ken je dat gevoel als je in een heeeele grote groep staat, en niemand je lijkt te zien, dat niemand een complimentje geeft, hoi zegt, knikt ofzo. Dat je je buitengesloten voelt en je begint af te vragen wat je verkeerd aan hebt of wat je verkeerd doet dat de menen je zo negeren, dat ze niet met je om willen gaan. Wel dat gevoel heb ik constant. Dat gevoel dat iedereen zo haat, wat iedereen probeert te mijden, dat gevoel is het enige dat ik nog echt voel. Ik zie meisjes half bloot lopen om er bij te horen terwijl ze zich er helemaal niet goed in voelen. Ik zie meiden die zo knap kunnen zijn zich verminken, om een beetje aandacht te krijgen, ook al is dat uitschelden. En wat kan ik nog? Ik ben er nou eenmaal niet meer...
Hoe dan ook, met zelfmedelijden kom je nergens, zélfs niet als je dood bent. Je vraagd je misschien af hoe het leven ”aan deze kant' is. Wel ik kan je zeggen dat het niet echt iets is om over te pochen. Wanneer je leeft ga je werken, naar school, eet en drink je. Eigenlijk is ons leven precies het zelfde. Alleen dan zitten er op de schoolbanken allemaal doden van mijn leeftijd, zijn er op het werk volwassen doden en eten en drinken we energie in de plaats van voedsel. Je bent als geest dan ook niet meer veel met de voedingsstoffen die je lichaam in vorm houden, dat heb je nou eenmaal niet meer, wij moeten voedingsstoffen hebben die onze ziel in orde houden. Of het erg is dat je het lichaam kwijt bent? Eigenlijk is het een verlichting, een lichaam is niets meer dan een omhulsel, een extra last dat er voor zorgt dat andere je kunnen aanspreken. Ik vraag me alleen af waarom ”god' (wie dat ook moge zijn) ons niet gewoon van begin af aan ”dood' liet zijn. Op school kunnen wij doden toch wel met elkaar praten?
Het aparte aan geesten is wel dat je met meer doden bent dan met levenden, maar dat je vaak toch als enige geest over straat loopt (of zweeft, hoe je het het liefste wil bekijken) Misschien omdat we zelf bepalen of we zichtbaar of onzichtbaar zijn, en voor eigen veiligheid (klinkt gek he?) maken we ons onzichtbaar. Das nog een menselijk trekje denk ik. Vandaar dat je je vaak alleen voelt wanneer je niet op school of op je werk zit, of wanneer je niet afspreekt met vrienden. Het voordeel is echter wel dat je geen torenhoge mobielrekeningen meer hebt, je roept je vrienden via gedachten en huppa! Daar heb je antwoord.
Zonder het te beseffen ben ik naar mijn huis gewandeld.
”zal ik?'
Ik zweer naar binnen naar mijn kamer, Ze ligt nog gelijk ik haar verlaten had. Zou ik genoeg energie hebben om een briefje te schrijven?
Ik probeer met mijn energie de pen omhoog te houden en te schrijven.
moeder ik vergeef je
Vader doe eens rustig
Broertje, je hoeft het gezin niet samen te houden, huil maar, jij hebt ook recht om je gevoelens te tonen! Het is tijd om samen het verdriet te verwerken; In de plaats van elkaar af te snauwen en te vergeten.
Ik houd van jullie!
EMMA!
Goed goed, ik geef toe, het is een beetje ehm ”cliché' maar weet je? Dat is echt het minste van je zorgen op zon moment..
Ik loop wat door de straten, ga langs een moeder zitten die haar baby wanhopig probeert te doen slapen en besluit haar te helpen.Ik heb zelf wat energie nodig en ”neem' dus een beetje van de baby die tien minuten later zijn oogjes sluit en rustig slaapt. De moeder zucht opgelucht en legt het kind voorzichtig in zijn wieg.
Dat heeft mijn moeder ooit ook gedaan...God wat verlang ik naar een beetje aandacht, een knuffel...Gewoon wat genegenheid. Ik zucht en loop door de donkere nacht, een ster schittert naar me en ik hoop dat ik er snel heen kan, waar ”er' is weet ik niet. Maar het is vast en zeker beter dan hier. Een enkeling loopt dronken door de straten, maar ik haat de geur van alcohol. Met reden denk ik zo. Ik had veel liever nog even blijven leven. Ik wilde dat ik nog een knuffel had gegeven aan mijn moeder. Weet je, een mens gaat er maar van uit dat hij morgen nog leven zal, dat er altijd nog een dag of minuut om dingen te doen, beloftes na te komen of ruzie's bij te leggen. Misschien moeten we ons eens gaan realiseren dat dat niet zo is, dat elke seconden de laatste seconde is en dat we nooit mogen weg gaan in ruzie. Het doet zo'n pijn als je einde nader gekomen is en je nooit meer kan zeggen dat het je spijt. Soms vergeten we de waarde van ware vriendschap omdat we te veel bezig zijn met ons zelf te beschermen. Ik wandel nog steeds door de straten en hoor iemand zeggen dat hij wilde dat hij nooit meer pijn zou voelen. Ik kijk hem medelevend en tegelijk boos aan. Je beseft niet hoeveel geld je er ooit voor zou willen geven om het nog eens koud te hebben, om nog eens pijn te hebben of om nog eens te zuchten van de hitte! Je wil niet weten hoe graag je nog eens de wind wil voelen die dwars door je kleren heen gaat en je een verkoudheid bezorgt. Enkel zij die heel veel inbeeldingsvermogen hebben kunnen het nog voelen. W ant weet je? Pijn is een erg heftig gevoel, een gevoel dat je laat weten dat je nog leeft, dat je waarschuwt dat er iets mis is en wat tegelijkertijd zorgt dat je lotgenoten op zoekt. Het lokt je reactie uit om het te vermijden en ìedereen voelt het. Je hebt mensen die nooit gelukkig zijn, of mensen die nooit verdriet hebben, of mensen die nooit eens ochtendhumeur hebben, maar pijn. Dat heeft iedereen al ervaart, iedereen weet hoe het voelt, wat het is, en toch is elke pijn anders. Jullie denken ”goh, ik wilde dat ik nooit meer pijn kon hebben' Maar of je me geloofd of niet, eens je het niet meer hebt ga je wensen dat je nog een keer pijn zou kunnen voelen, gewoon een keertje maar. Het is zo'n heftig gevoel, een gevoel dat wijst op leven, op gevaar...Een gevoel dat zo bekend is en toch onmogelijk juist te beschrijven is.
Ik lach eens bitter als ik de man hoor zeggen dat hij nooit meer pijn wil en wandel door, waarheen weet ik niet, er staat voor mij nergens nog een bed klaar, een thuis heb ik niet meer. Wanneer je je dat realiseert, dat je geen thuis meer hebt, letterlijk geen thuis meer, dan voel je je pas verlaten, eenzaam en....Ik heb het woord al vaak gebruikt maar....Dood...Dan word je doodsbang (sorry voor de woordspeling) dat mensen je gaan vergeten. Dì¡n pas sterf je werkelijk...Mensen zeggen dat je pas sterft als iedereen je vergeten is maar nee...Wanneer je je realiseert dat morgen (voor zover er nog een tijdsbepaling is wanneer je dood bent) niemand meer aan je denken zal. Dì¡n pas sterf je. Dan gaat alles wat je vanbinnen hebt opgebouwd stuk. Dan springen alle littekens die voormalige wonden in je ziel hebben achter gelaten weer open. Dì¡n lig je pas echt aan scherven. En dan...Dan voel je pijn...Niet vanbuiten, maar vanbinnen, een ondraagelijke pijn. Dan wil je op je knieën vallen, schreeuwend, huilend, woedend...Dan wil je het opgeven. En het irritante aan dit hele gebeuren? Je hebt niets meer om op te geven, je leven is voorbij, een thuis heb je niet meer, familie heb je al lang achter gelaten...Wat kan je dan nog opgeven? Weet jij het? Nee ik weet het ook niet. Dus hier loop/zweef/lig ik weer, te huilen als een klein kind. Ik huil elke dag...Elke dag, al 5 jaar lang. Dì¡t is pas pijn. Snap je nu waarom ik vind dat levende geen problemen hebben? Jullie kunnen nog naar mensen toe gaan, praten. Zij kunnen dan nog zeggen van ”ach je bent niet alleen, ik ben er toch?' Ik kan ook een andere geest opzoeken en mijn probleem voorleggen, maar er is niemand die daar wat om geeft. In feite lopen we allemaal langs elkaar door, huilend, woedend, bang...Ieder verwerkt dat ”feit' op zijn eigen manier. We kunnen nergens heen met onze problemen. Heeeel af en toe kan je naar een mens gaan, maar de angst die diep vanbinnen in ze zit, die duwt je na verloop van tijd toch weg en dan doe je je de moeite niet meer om zze nog op te zoeken, af en toe nog om ze te waarschuwen maar daarna heb je er meer dan genoeg van. Je staat er nou eenmaal alleen voor als geest, jij moet (of mag) mensen helpen maar zij kunnen jou niet helpen. Ik probeer hen altijd te behoeden voor de fouten die ik ooit gemaakt heb, door ze in te fluisteren wat ze beter kunnen doen. Heb jij dat wel eens? Dat een stemmetje je dingen in fluisterd dat je iets beter niet zou doen? Wel dat zou wel eens ik kunnen zijn. Ik die je probeert te behoeden voor een fout die je dreigt te maken. In de hoop dat ik de aarde ooit écht mag verlaten.
Ik loop voorbij een paardenstal, op de deur hangt een bordje.
Mensen met paarden hebben hemel op aarde, maar eens ze sterven valt er niets meer te erven
Hemel op aarde? Hemel op aarde is in werkelijkheid de hel...Laat ik je dat al vast zeggen! Als je ooit dood gaat, hoop dan maar dat je meteen door mag naar ”wat-ook-achter-boven-of-onder-deze-wereld-ligt'!
Beslis niet gelijk ik, dat je liever nog even bij je familie wil blijven. Je kan ze toch niet meer spreken. Ze helpen je toch niet meer, ze doen zelfs alles om je te vergeten! Das dus de woede die je koestert...Het feit dat iedereen alles doet om je dood te vergeten...Om jou te vergeten...Dat is verschrikkelijk. Maar dat gevoel heb ik eigenlijk hier boven al beschreven dus dat ga ik niet meer op nieuw helemaal vertellen.
Hoe dan ook, ik heb die keuze gemaakt, ik wilde nog even bij mijn familie zijn, zien hoe ze het maakte, ik zit hier al vijf jaar vast! Al vijf jaar verdorie..ik wil weg, weg van deze hel! Ik ben toch braaf geweest? Ik hoor toch in de hemel? Wat doe ik hier dan nog?!
Als je denkt dat doden alles weten, denk dan toch maar snel wat anders. Je hebt nog net zoveel, of zelfs meer vragen zonder antwoorden als je dood gaat!
Goed. Door er over te klagen ga ik niet meer antwoorden vinden geloof ik. Of eigenlijk ben ik daar wel vrij zeker van!
”God? Gooohood?' roep ik zo hard ik kan
”God aan het roepen?' hoor ik spottend
Als door een wesp gestoken draai ik me om en kijk in het gezicht van het jonge meisje dat ik eerder vandaag geholpen heb.
”die bestond toch niet?' vraagt ze me iet wat arrogant.
”als hij bestaat mag hij het nu bewijzen' meld ik boos
”door hem te roepen met de naam god?' vraagt ze verbaasd
”hoe moet ik hem anders noemen? Idioot?' vraag ik bitter
”neen. Vriend kan helpen...' En ze verdween...
”Vriend?' probeer ik.
”ja mijn kind?'
”Ik ben er klaar voor nu, ik wil naar daar waar de echte hemel is, waar we in vrede samen leven en waar ik wel vrienden heb'
”Vertrouw je me genoeg om me te volgen naar hier?' vraagd hij me
”ja...Ik wil hier niet meer zijn. Ik wil rusten nu..'
”Goed dan. Kom maar.'
Een licht tintelend gevoel en plots zit ik in een heel andere omgeving. Het is nog steeds nacht maar nu voel ik me moe. Ik voel me moe?! Ik kijk rond me en ik zie een kamer, een bed...Een thuis. Een thuis?! Een bed?!
Dankbaar leg ik me in bed en slaap ik. En wanneer de zonnenstralen mij weer wekken voel ik me heerlijk uitgeslapen. Ik wandel uit mijn kamer en zie een klein woonkamertje met een keukentje aan vast. Er staat eten. Ik probeer iets te eten en ik proef de heerlijke smaak van boterhammen...Ik kan weer proeven, ik voel weer!
Wanneer ik vrolijk (ja vrolijk! Ik voel weer vrolijkheid!) naar buiten wandel kijk ik in de ogen van mijn teerbeminde paard...Het dier dat ik een week voor ik stierf heb moeten achter laten, gezond en wel...Zonder pijn in zijn ogen.
”Dakota?'
Dakota betekent vriend...Vriend...Meer dan ooit weetik nu de betekenis van dat woord. Meer dan ooit besef ik hoe fel je het nodig hebt om iemand te hebben. Iemand die je kan voelen, die je kan spreken, iemand die je begrijpt en iemand waar je bij kan uithuilen. Meer dan ooit besef ik wat vriendschap is.
Ik realiseer me dat ik mijn laatste les geleerd heb...Ik geloofde niet meer in vriendschap, ik dacht dat het allemaal flauwekul was. Niets is minder waar. Wanneer je denkt dat je geen vrienden hebt, dat mensen niets voor niets kunnen doen. Kijk dan eens in de ogen van een dier. Dan weet je wat vriendschap is en hoe het moet voelen, onvoorwaardelijk vertrouwen, begrip en vooral...Het feit dat er iemand voor je staat...Wat er ook gebeurd!
”Nu ben je pas wijs mijn kind...' Hoor ik een zachte stem fluisteren.
”En tim?' vraag ik
”Tim? Die moest jij niet helpen, die moest jou alleen maar een duwtje in de juiste richting geven om dit alles te beseffen! Hij is geen mens, hij is een hulp...Een hele goede!'
Even koester ik medelijden voor Tim, maar meteen er na weet ik dat hij er zelf voor gekozen heeft, en dat hij terug wil wanneer hij maar kan. Nu pas weet ik wat het is om verder te groeien als ziel. En nu weet ik wat hemel betekent...
De hemel is een plaats waar je ware vrienden terug tegen komt waar je ooit afscheid van hebt moeten nemen, waar mensen zitten die je kan voelen, horen (ja horen!) zien, ruiken..Mensen die je aandacht geven, die je koesteren om wie je bent. Mensen die je steunen...
Hemel op aarde bestaat dan misschien niet. Maar de hemel bestaat wel daadwerkelijk! Dus vanaf nu, als je iemand hoort zeggen dat hij de hemel op aarde heeft, glimlach dan eens en denk dan eens aan dit verhaal...
Ik kijk doelloos rond, zoek met mijn ogen naar mensen die ook die van mij opzoeken, dan weet ik dat ze me kunnen zien, dan weet ik dat ik hen kan volgen tot hun thuis en dat ik dan met hun kan praten. Mijn ogen blijven hangen wanneer ik een klein meisje zie oversteken. Een auto komt tegen hoge snelheid afgereden en de bestuurder, die er overduidelijk niet bij is, ziet het meisje niet. Een kreet van pijn gevolgd door een doffe klap doet me naar het ongeluk toe bewegen, niet alleen mij trouwens. Een hoop mensen lopen paniekerig rond het ongeval. Een jongen van een jaar of 20 kijkt me recht in mijn ogen aan. Zijn bewegingen zijn, in tegenstelling tot die van de andere levenden ook erg rustig. Hij knikt naar de richting van het meisje en ik begrijp wat hij zeggen wil. Ik wandel naar het meisje toe. Haar ziel is half uit haar lichaam dat nog zwakjes ademt. Ze roept om hulp maar niemand kan haar horen, behalve ik, de geesten rondom me en die jongen die ook mij kon zien...Behulpzaam ga ik tot bij het meisje en ik geef haar een hand
”Het is goed, ik help je' Zeg ik vriendelijk.
Ze neemt mijn hand dankbaar aan en kijkt angstig rond. Plots rollen er tranen over mijn wangen (ja, ook geesten kunnen huilen. Ze hebben gevoelens want hun ziel leeft nog, alleen kunnen ze geen pijn meer voelen. Geen lichamelijke alle sinds)
”wat is er?' vraagd het meisje dat ineens bezorgd naar me kijkt, ze lijkt plots haar eigen dood vergeten te zijn. Ik werp een schuwe blik op de jongen die begrijpend knikt. Hij staat nog steeds naar ons te kijken.
”Een herinnering' antwoord ik vaag. Het is ook maar een herinnering...Een herinnering aan het afscheid van mìjn ouders. Ik ben ook omgekomen bij een auto ongeluk. Een dronken bestuurder maaide me zo van de weg af...Op deze plek...Precies dezelfde plek. Ik kijk het meisje onderzoekend aan. Hoe kan ze zo kalm zijn? Ik was hysterisch toen ik mijn lichaam zag liggen...Of het gene dat daar nog van over schoot. Ik kreeg toen ook hulp, hulp van een jonge geest, tì³en 20, ondertussen is dat al vijf jaar geleden maar hij is nog steeds 20. Als je eens dood bent, behoud je de leeftijd die je had toen je stierf. Ik blijf zestien hoewel ik wel wijzer word. Dit meisje staat er anders tegenover. Zij aanvaard het.
”gaat het?' vraag ik, meteen er na wil ik mezelf voor de kop slaan. Ze is net dood gegaan en ik vraag of het gaat?!!
”naar gelang de omstandigheden wel!' lacht ze.
Wederom ben ik verbaasd over haar luchtigheid. Ik hoor sirenes en het meisje kijkt hoe haar lichaam in een plastick zak gestoken word en word weg gevoerd. De politie maakt de baan weer vrij en de menigte gaat naar huis. Morgen zijn zij het allemaal vergeten, maar wij, degene die gestorven zijn, wij niet. Wij herinneren ons nog precies onze dood. Veel mensen denken ”degene die dood zijn, die zijn van de miserie af, de nabestaande, dìe hebben het pas moeilijk' maar je zou er van verschieten hoe moeilijk geesten het kunnen hebben.
Ik kijk zoekend rond en zie de jongen weg wandelen.
”ga hem zoeken' zegt het meisje dat mijn blik volgde
”en jij dan?'
”Ik heb tijd genoeg om uit te zoeken hoe en wat geloof ik' antwoord ze synisch
”feit! Ik zoek je snel weer op'
”als dat nodig is, vinden we elkaar vanzelf wel' reageert ze nu wijs, ze draait zich om en gaat op zoek naar....Tja naar wat eigenlijk?
Ik zelf besluit haar raad op te volgen en volg de jongen tot zijn huis. Ik voel een zekere verbintenis met deze jongen.
Hij kijkt om zich heen, glimlacht en doet een bijna onzichtbaar teken dat ”iemand' heb moet volgen. Zou ik die iemand zijn? Zo niet heeft hij pech. Ik ben een geest, dat hij me maar eens tegen houd!
Ik volg behoedzaam, vreemd, toen ik nog leefde vond ik het heerlijk om gevaar op te zoeken door in onbekende straten te gaan waar niemand in durfde. En nu, nu ik dood ben, nu er niets meer kan gebeuren, nu ben ik wel bang om een stap in het onbekende te zetten.
Hij loopt een trapje op en doet de deur open. Ik ga gewoon door de muur (dat is overigens een van de voordelen van een geest zijn!)
Ik wandel rond in de woonkamer. Ik hoor dat de jongen zich in de zetel zet. Hij zet geen tv op, hij neemt geen boekje maar volgt mijn bewegingen. Ik voel me ongemakkelijk onder zijn blik. Ik probeer om ongemerkt weg te glippen maar zijn stem houd me tegen
”je hoeft niet weg te glippen, ik kan je zien' reageert hij
Ik draai me om en kijk hem vragend aan.
”ik weet dat je kan praten. Je hebt vast wel een stem'
Nì³u dat zou wel eens kunnen tegen vallen. Ik heb helemaal geen stem, ik heb alleen gedachten. Weet je, als je je afsluit voor de levenden kan je je niet voorstellen hoe vredig de stilte is.
”Je kan praten door gedachten' hoor ik hem zeggen.
Ik kijk hem aan en stuur gedachten door.
”wie ben jij?'
”ik ben Tim' antwoord hij luidop
Ik kijk even angstig om me heen, wat als iemand dat hoorde? Gaan ze hem niet voor gek verlaren?
”Wees maar niet bang, er is niemand' reageert hij nog voor ik een vraag kan stellen.
”hoe oud ben je' ik laat me niet van de wijs brengen door hem!
”16'
”16? Je lijkt ouder'
”weet Ik. Jij ziet mijn ziel, niet mijn ware lichaam.'
”ik zie je op de leeftijd dat je gaat sterven...' zeg ik plots. Ik schrik van mijn eigen woorden. ”Sorry!'
”Het is niets, ik weet het wel' grinnikt hij
”je weet het?'
”ik weet het. Ik ben een oudere ziel. Ik weet wat me te wachten staat, ik ben er om mensen te helpen. En jij bent er om me te begeleiden' verklaard hij
”maar ik...'
”je bent slim genoeg' is hij me voor
”gatver!' vloek ik
”je mag niet vloeken, god is daar niet blij mee'
”god houd zich niet aan zijn beloftes, das ook een zonde!' antwoord ik boos.
”niet?'
'neen! Hij beloofd de hemel en hij geeft de hel' antwoord ik scherp.
”Zie je het zo?'
”ja!'
”misschien moet ik jou dan eerst helpen...'
”ik ben dood, wat haalt dat uit?'
”levend of dood, positief denken is nooit verkeerd'
”feit.'
Ik hoor een sleutel in het slot
”ik ga, je vind me wel als je me nodig hebt' en ik verdwijn
”bangerik.'
Ik sta weer buiten. Ik zie dat het koud is maar ik voel het niet. Net zoals ik vrienden wel kan zien huilen maar niet kan troosten, en net zoals ik kan zien dat mijn moeder zich schuldig voelt voor haar laatste woorden tegen me, maar niet kan zeggen dat ik het haar vergeef, dat mijn vader zich begraaft onder het werk om niet aan me te denken maar ik niet kan zeggen dat hij het rustig moet doen. Net zoals ik kan zien dat mijn broertje huilt op zijn kamer om me, maar onder in de keuken sterk is en zijn gezinnetje bij elkaar probeert te houden, ook al voelt de lege plek aan de tafel zo pijnlijk aan. Ik zie mijn hele gezin uit elkaar vallen door mij maar ik kan niets beginnen! Zeg nou nog maar eens dat een dode geen problemen meer heeft! Zeg nou nog maar eens dat mensen die zelfmoord plegen laf zijn! En zeg nu nog maar eens, dat je dood wil als je het even moeilijk hebt. Levenden weten niet wat pijn is, ze weten niet wat problemen zijn. Maar hey, wie ben ik om daarover te oordelen? Tenslotte telt mijn mening niet. Niemands mening telt hier. We lopen allemaal door elkaar. ”leven' gewoon verder. Tussen de echte mensen in. Ken je dat gevoel als je in een heeeele grote groep staat, en niemand je lijkt te zien, dat niemand een complimentje geeft, hoi zegt, knikt ofzo. Dat je je buitengesloten voelt en je begint af te vragen wat je verkeerd aan hebt of wat je verkeerd doet dat de menen je zo negeren, dat ze niet met je om willen gaan. Wel dat gevoel heb ik constant. Dat gevoel dat iedereen zo haat, wat iedereen probeert te mijden, dat gevoel is het enige dat ik nog echt voel. Ik zie meisjes half bloot lopen om er bij te horen terwijl ze zich er helemaal niet goed in voelen. Ik zie meiden die zo knap kunnen zijn zich verminken, om een beetje aandacht te krijgen, ook al is dat uitschelden. En wat kan ik nog? Ik ben er nou eenmaal niet meer...
Hoe dan ook, met zelfmedelijden kom je nergens, zélfs niet als je dood bent. Je vraagd je misschien af hoe het leven ”aan deze kant' is. Wel ik kan je zeggen dat het niet echt iets is om over te pochen. Wanneer je leeft ga je werken, naar school, eet en drink je. Eigenlijk is ons leven precies het zelfde. Alleen dan zitten er op de schoolbanken allemaal doden van mijn leeftijd, zijn er op het werk volwassen doden en eten en drinken we energie in de plaats van voedsel. Je bent als geest dan ook niet meer veel met de voedingsstoffen die je lichaam in vorm houden, dat heb je nou eenmaal niet meer, wij moeten voedingsstoffen hebben die onze ziel in orde houden. Of het erg is dat je het lichaam kwijt bent? Eigenlijk is het een verlichting, een lichaam is niets meer dan een omhulsel, een extra last dat er voor zorgt dat andere je kunnen aanspreken. Ik vraag me alleen af waarom ”god' (wie dat ook moge zijn) ons niet gewoon van begin af aan ”dood' liet zijn. Op school kunnen wij doden toch wel met elkaar praten?
Het aparte aan geesten is wel dat je met meer doden bent dan met levenden, maar dat je vaak toch als enige geest over straat loopt (of zweeft, hoe je het het liefste wil bekijken) Misschien omdat we zelf bepalen of we zichtbaar of onzichtbaar zijn, en voor eigen veiligheid (klinkt gek he?) maken we ons onzichtbaar. Das nog een menselijk trekje denk ik. Vandaar dat je je vaak alleen voelt wanneer je niet op school of op je werk zit, of wanneer je niet afspreekt met vrienden. Het voordeel is echter wel dat je geen torenhoge mobielrekeningen meer hebt, je roept je vrienden via gedachten en huppa! Daar heb je antwoord.
Zonder het te beseffen ben ik naar mijn huis gewandeld.
”zal ik?'
Ik zweer naar binnen naar mijn kamer, Ze ligt nog gelijk ik haar verlaten had. Zou ik genoeg energie hebben om een briefje te schrijven?
Ik probeer met mijn energie de pen omhoog te houden en te schrijven.
moeder ik vergeef je
Vader doe eens rustig
Broertje, je hoeft het gezin niet samen te houden, huil maar, jij hebt ook recht om je gevoelens te tonen! Het is tijd om samen het verdriet te verwerken; In de plaats van elkaar af te snauwen en te vergeten.
Ik houd van jullie!
EMMA!
Goed goed, ik geef toe, het is een beetje ehm ”cliché' maar weet je? Dat is echt het minste van je zorgen op zon moment..
Ik loop wat door de straten, ga langs een moeder zitten die haar baby wanhopig probeert te doen slapen en besluit haar te helpen.Ik heb zelf wat energie nodig en ”neem' dus een beetje van de baby die tien minuten later zijn oogjes sluit en rustig slaapt. De moeder zucht opgelucht en legt het kind voorzichtig in zijn wieg.
Dat heeft mijn moeder ooit ook gedaan...God wat verlang ik naar een beetje aandacht, een knuffel...Gewoon wat genegenheid. Ik zucht en loop door de donkere nacht, een ster schittert naar me en ik hoop dat ik er snel heen kan, waar ”er' is weet ik niet. Maar het is vast en zeker beter dan hier. Een enkeling loopt dronken door de straten, maar ik haat de geur van alcohol. Met reden denk ik zo. Ik had veel liever nog even blijven leven. Ik wilde dat ik nog een knuffel had gegeven aan mijn moeder. Weet je, een mens gaat er maar van uit dat hij morgen nog leven zal, dat er altijd nog een dag of minuut om dingen te doen, beloftes na te komen of ruzie's bij te leggen. Misschien moeten we ons eens gaan realiseren dat dat niet zo is, dat elke seconden de laatste seconde is en dat we nooit mogen weg gaan in ruzie. Het doet zo'n pijn als je einde nader gekomen is en je nooit meer kan zeggen dat het je spijt. Soms vergeten we de waarde van ware vriendschap omdat we te veel bezig zijn met ons zelf te beschermen. Ik wandel nog steeds door de straten en hoor iemand zeggen dat hij wilde dat hij nooit meer pijn zou voelen. Ik kijk hem medelevend en tegelijk boos aan. Je beseft niet hoeveel geld je er ooit voor zou willen geven om het nog eens koud te hebben, om nog eens pijn te hebben of om nog eens te zuchten van de hitte! Je wil niet weten hoe graag je nog eens de wind wil voelen die dwars door je kleren heen gaat en je een verkoudheid bezorgt. Enkel zij die heel veel inbeeldingsvermogen hebben kunnen het nog voelen. W ant weet je? Pijn is een erg heftig gevoel, een gevoel dat je laat weten dat je nog leeft, dat je waarschuwt dat er iets mis is en wat tegelijkertijd zorgt dat je lotgenoten op zoekt. Het lokt je reactie uit om het te vermijden en ìedereen voelt het. Je hebt mensen die nooit gelukkig zijn, of mensen die nooit verdriet hebben, of mensen die nooit eens ochtendhumeur hebben, maar pijn. Dat heeft iedereen al ervaart, iedereen weet hoe het voelt, wat het is, en toch is elke pijn anders. Jullie denken ”goh, ik wilde dat ik nooit meer pijn kon hebben' Maar of je me geloofd of niet, eens je het niet meer hebt ga je wensen dat je nog een keer pijn zou kunnen voelen, gewoon een keertje maar. Het is zo'n heftig gevoel, een gevoel dat wijst op leven, op gevaar...Een gevoel dat zo bekend is en toch onmogelijk juist te beschrijven is.
Ik lach eens bitter als ik de man hoor zeggen dat hij nooit meer pijn wil en wandel door, waarheen weet ik niet, er staat voor mij nergens nog een bed klaar, een thuis heb ik niet meer. Wanneer je je dat realiseert, dat je geen thuis meer hebt, letterlijk geen thuis meer, dan voel je je pas verlaten, eenzaam en....Ik heb het woord al vaak gebruikt maar....Dood...Dan word je doodsbang (sorry voor de woordspeling) dat mensen je gaan vergeten. Dì¡n pas sterf je werkelijk...Mensen zeggen dat je pas sterft als iedereen je vergeten is maar nee...Wanneer je je realiseert dat morgen (voor zover er nog een tijdsbepaling is wanneer je dood bent) niemand meer aan je denken zal. Dì¡n pas sterf je. Dan gaat alles wat je vanbinnen hebt opgebouwd stuk. Dan springen alle littekens die voormalige wonden in je ziel hebben achter gelaten weer open. Dì¡n lig je pas echt aan scherven. En dan...Dan voel je pijn...Niet vanbuiten, maar vanbinnen, een ondraagelijke pijn. Dan wil je op je knieën vallen, schreeuwend, huilend, woedend...Dan wil je het opgeven. En het irritante aan dit hele gebeuren? Je hebt niets meer om op te geven, je leven is voorbij, een thuis heb je niet meer, familie heb je al lang achter gelaten...Wat kan je dan nog opgeven? Weet jij het? Nee ik weet het ook niet. Dus hier loop/zweef/lig ik weer, te huilen als een klein kind. Ik huil elke dag...Elke dag, al 5 jaar lang. Dì¡t is pas pijn. Snap je nu waarom ik vind dat levende geen problemen hebben? Jullie kunnen nog naar mensen toe gaan, praten. Zij kunnen dan nog zeggen van ”ach je bent niet alleen, ik ben er toch?' Ik kan ook een andere geest opzoeken en mijn probleem voorleggen, maar er is niemand die daar wat om geeft. In feite lopen we allemaal langs elkaar door, huilend, woedend, bang...Ieder verwerkt dat ”feit' op zijn eigen manier. We kunnen nergens heen met onze problemen. Heeeel af en toe kan je naar een mens gaan, maar de angst die diep vanbinnen in ze zit, die duwt je na verloop van tijd toch weg en dan doe je je de moeite niet meer om zze nog op te zoeken, af en toe nog om ze te waarschuwen maar daarna heb je er meer dan genoeg van. Je staat er nou eenmaal alleen voor als geest, jij moet (of mag) mensen helpen maar zij kunnen jou niet helpen. Ik probeer hen altijd te behoeden voor de fouten die ik ooit gemaakt heb, door ze in te fluisteren wat ze beter kunnen doen. Heb jij dat wel eens? Dat een stemmetje je dingen in fluisterd dat je iets beter niet zou doen? Wel dat zou wel eens ik kunnen zijn. Ik die je probeert te behoeden voor een fout die je dreigt te maken. In de hoop dat ik de aarde ooit écht mag verlaten.
Ik loop voorbij een paardenstal, op de deur hangt een bordje.
Mensen met paarden hebben hemel op aarde, maar eens ze sterven valt er niets meer te erven
Hemel op aarde? Hemel op aarde is in werkelijkheid de hel...Laat ik je dat al vast zeggen! Als je ooit dood gaat, hoop dan maar dat je meteen door mag naar ”wat-ook-achter-boven-of-onder-deze-wereld-ligt'!
Beslis niet gelijk ik, dat je liever nog even bij je familie wil blijven. Je kan ze toch niet meer spreken. Ze helpen je toch niet meer, ze doen zelfs alles om je te vergeten! Das dus de woede die je koestert...Het feit dat iedereen alles doet om je dood te vergeten...Om jou te vergeten...Dat is verschrikkelijk. Maar dat gevoel heb ik eigenlijk hier boven al beschreven dus dat ga ik niet meer op nieuw helemaal vertellen.
Hoe dan ook, ik heb die keuze gemaakt, ik wilde nog even bij mijn familie zijn, zien hoe ze het maakte, ik zit hier al vijf jaar vast! Al vijf jaar verdorie..ik wil weg, weg van deze hel! Ik ben toch braaf geweest? Ik hoor toch in de hemel? Wat doe ik hier dan nog?!
Als je denkt dat doden alles weten, denk dan toch maar snel wat anders. Je hebt nog net zoveel, of zelfs meer vragen zonder antwoorden als je dood gaat!
Goed. Door er over te klagen ga ik niet meer antwoorden vinden geloof ik. Of eigenlijk ben ik daar wel vrij zeker van!
”God? Gooohood?' roep ik zo hard ik kan
”God aan het roepen?' hoor ik spottend
Als door een wesp gestoken draai ik me om en kijk in het gezicht van het jonge meisje dat ik eerder vandaag geholpen heb.
”die bestond toch niet?' vraagt ze me iet wat arrogant.
”als hij bestaat mag hij het nu bewijzen' meld ik boos
”door hem te roepen met de naam god?' vraagt ze verbaasd
”hoe moet ik hem anders noemen? Idioot?' vraag ik bitter
”neen. Vriend kan helpen...' En ze verdween...
”Vriend?' probeer ik.
”ja mijn kind?'
”Ik ben er klaar voor nu, ik wil naar daar waar de echte hemel is, waar we in vrede samen leven en waar ik wel vrienden heb'
”Vertrouw je me genoeg om me te volgen naar hier?' vraagd hij me
”ja...Ik wil hier niet meer zijn. Ik wil rusten nu..'
”Goed dan. Kom maar.'
Een licht tintelend gevoel en plots zit ik in een heel andere omgeving. Het is nog steeds nacht maar nu voel ik me moe. Ik voel me moe?! Ik kijk rond me en ik zie een kamer, een bed...Een thuis. Een thuis?! Een bed?!
Dankbaar leg ik me in bed en slaap ik. En wanneer de zonnenstralen mij weer wekken voel ik me heerlijk uitgeslapen. Ik wandel uit mijn kamer en zie een klein woonkamertje met een keukentje aan vast. Er staat eten. Ik probeer iets te eten en ik proef de heerlijke smaak van boterhammen...Ik kan weer proeven, ik voel weer!
Wanneer ik vrolijk (ja vrolijk! Ik voel weer vrolijkheid!) naar buiten wandel kijk ik in de ogen van mijn teerbeminde paard...Het dier dat ik een week voor ik stierf heb moeten achter laten, gezond en wel...Zonder pijn in zijn ogen.
”Dakota?'
Dakota betekent vriend...Vriend...Meer dan ooit weetik nu de betekenis van dat woord. Meer dan ooit besef ik hoe fel je het nodig hebt om iemand te hebben. Iemand die je kan voelen, die je kan spreken, iemand die je begrijpt en iemand waar je bij kan uithuilen. Meer dan ooit besef ik wat vriendschap is.
Ik realiseer me dat ik mijn laatste les geleerd heb...Ik geloofde niet meer in vriendschap, ik dacht dat het allemaal flauwekul was. Niets is minder waar. Wanneer je denkt dat je geen vrienden hebt, dat mensen niets voor niets kunnen doen. Kijk dan eens in de ogen van een dier. Dan weet je wat vriendschap is en hoe het moet voelen, onvoorwaardelijk vertrouwen, begrip en vooral...Het feit dat er iemand voor je staat...Wat er ook gebeurd!
”Nu ben je pas wijs mijn kind...' Hoor ik een zachte stem fluisteren.
”En tim?' vraag ik
”Tim? Die moest jij niet helpen, die moest jou alleen maar een duwtje in de juiste richting geven om dit alles te beseffen! Hij is geen mens, hij is een hulp...Een hele goede!'
Even koester ik medelijden voor Tim, maar meteen er na weet ik dat hij er zelf voor gekozen heeft, en dat hij terug wil wanneer hij maar kan. Nu pas weet ik wat het is om verder te groeien als ziel. En nu weet ik wat hemel betekent...
De hemel is een plaats waar je ware vrienden terug tegen komt waar je ooit afscheid van hebt moeten nemen, waar mensen zitten die je kan voelen, horen (ja horen!) zien, ruiken..Mensen die je aandacht geven, die je koesteren om wie je bent. Mensen die je steunen...
Hemel op aarde bestaat dan misschien niet. Maar de hemel bestaat wel daadwerkelijk! Dus vanaf nu, als je iemand hoort zeggen dat hij de hemel op aarde heeft, glimlach dan eens en denk dan eens aan dit verhaal...