Loading...
nl

29-12-2010: Het Schip en het Verleden

Marenubium
Marenubium jan 29 '11
29-12-2010 Het schip en het verleden

Ik bevind me weer buiten de grot. Ik zoek Michaël, maar kan hem niet vinden. Iets trekt mij naar links, richting het meer. Als ik voorbij de rotsen ben, is de omgeving plotseling veranderd. De kleuren zijn anders, en er hangt een roze gloed over het hele landschap.

Ik zie iemand zweven en ergens naar kijken. In de eerste instantie lijkt het Michaël, maar hij is het niet. Wel raar, want meestal wacht hij me op. Ik nader de persoon, hij kijkt op en wijst naar iets in het water. Verderop in het water bubbelt en bruist het, en er verschijnt een koepel uit het water. Vanwege de rare gloed om me heen kan ik niet goed de kleur onderscheiden, maar het lijkt een metalen koepel. Het object rijst in zijn geheel uit het water, en het lijkt op een koepel op een vierkant platform, met pilaren op elke hoek. De onderkant is afgevlakt en drijft als het ware op het water.

Ergens begint het me door te dringen, en besef ik dat het een soort schip is. Eentje die gebruikt wordt door de wetenschap, voor experimentele doeleinden.

De persoon naast me voelt afstandelijk aan, afstandelijker dan Michaël. Ik ken hem wel ergens van, vaag en ver weg. Onze band is neutraal, en zijn verschijnen voelt aan alsof hij een soort leidinggevende is. De man wenkt me en gaat richting schip. Ik volg. We landen op het platform, en een deur opent zich. We lopen naar binnen. De wanden en muren zijn glad, en lijken op metaal, maar toch voelt het aangenaam warm aan. Rechts van ons opent zich weer een deur.
Ik zie stoelen en tafels, waar lichamen/menselijke wezens in zitten of op liggen. De ruimte ken ik. Hier droomde ik wel eens over vroeger; het is een soort ruimte waar we ons bevonden voordat we in een lichaam daalden. Het is een soort zintuigen-centrum, waar ons lichaam gewend raakt aan eten, drinken, geluid, etc. Maar ook een ruimte waar experimenten gedaan werden op lichamen, om de soorten beter te kunnen begrijpen of te perfectioneren. En dit ras, dit ras waar ik ooit onderdeel van heb uitgemaakt, heeft de meest verschrikkelijke experimenten uitgevoerd die ik me kan bedenken.
Ten opzichte van de ruimte voel ik me neutraal, maar niet ten opzichte van dit ras. Lang geleden heb ik me van hen afgekeerd, omdat hun methoden mij tegenstonden. Ik vlucht de ruimte uit en duw de man opzij. Woede borrelt een beetje in me op, en mijn slapen steken enorm nu; de druk op mijn slapen neemt toe en wordt bijna ondragelijk.

Ik ga op het platform zitten en kijk omhoog. De lucht is geel/roze. Ik zie een zon, en een maan, en een planeet met strepen. De maan is erg groot en blauwig en bevindt zich halverwege de horizon, aan mijn rechterkant. De zon is wat kleiner en roodachtig, en staat links ver boven de horizon. De gestreepte planeet bevindt zich links van de zon, schuin erboven. De man komt naast me zitten.

Jullie zijn geen spat veranderd.
- Jawel, dat zijn we wel, en mede dankzij jou. Jij bent een van de eersten geweest die zich hiertegen verzet heeft en andere mogelijkheden onderzocht. Dankzij jouw kennis, en die van anderen, weten we nu veel meer dan toen.


Plotseling begin ik het me weer te herinneren. Dit (menselijke?) ras, verzamelt informatie over verschillende planeten en rassen. Zij waren diegenen die mensen of andere wezens uit hun dagelijkse beslommeringen wegtrokken en ze van top tot teen onderzochten, geestelijk en lichamelijk. Niet altijd even netjes. Lijdzaam zag ik dit toe, vroeger, en vond dat er andere manieren waren om kennis op te doen. Zoals reïncarneren in de verschillende rassen en op verschillende planeten.

Ik behoorde tot hun Ouderlingen, net als deze kerel naast me, en we maakten deel uit van 1 of andere galactische raad. Ik was 1 van hun toonaangevende wetenschappers en had veel contact met andere rassen. Ik vond andere methoden om kennis te vergaren. Deze Ouderlingen wilden er echter niet aan, het duurde te lang en de kans bestond dat je jezelf ging vergeten. Dit ras vond ook, dat ze niets ‘verkeerds’ deden, ik kan het niet goed omschrijven. Ze voelden zich superieur.
Nu, in dit menselijke leven en op aarde, zou ik het omschrijven als afstandelijk en emotieloos. Maar voor hen was het normaal, ze wisten niet beter. Dus het werd tijd dit te veranderen. Een klein groepje scheidde zich af, en besloot deze incarnatie methode te gaan hanteren en verder te exploreren.

- We hebben nu door dat het ook anders kan. We zijn blind geweest, maar het is al erg, erg lang geleden. We hebben ervan geleerd. We hebben nu programma’s waarbij iedereen die het wil, kan incarneren, waar dan ook.

En die personen dan, die nu nog steeds in die ruimte liggen?
- Die hebben zich vrijwillig opgegeven. Ze leven op verschillende planeten, leven verschillende levens. De ene houdt contact met ons, de andere leeft zijn of haar leven. De een komt terug, de ander gaat verder. Wel houden we iedereen in de gaten.

Ik heb echt van jullie gewalgd.
- Dat weet ik. We wilden je nu laten zien dat we anders bezig zijn. In de hoop dat je terug wilt komen. Je bent 1 van onze dierbaarste onderzoekers, en je hebt ons wel de ogen geopend destijds. Dankzij jou zijn we een compleet andere weg ingeslagen. We hebben veel geleerd van alle verschillende culturen en planeten, en we hebben beseft dat we in vergelijking met die andere culturen behoorlijk veel te in te halen hadden. Nu werken we veel meer samen met andere levensvormen, en heeft de Raad zich uitgebreid. Ook wij worden nu gecontroleerd.


Maar ik kom niet terug bij jullie, er is nog veel te zien en te beleven en te ervaren. Bovendien bevalt me de Aarde prima. Ik hoor niet meer bij jullie.
- Je hebt altijd een zwak voor de Aarde gehad.


Er verschijnen nu beelden voor mijn geestesoog, beelden uit vorige levens, andere planeten. De meesten ken ik, en speelden zich af op de Aarde. Het is een reusachtig gevoel om te zien hoe we reïncarneren op verschillende planeten; je reist door het universum door soortement van tunnels, en je ziet de planeet van je keuze groter en groter worden. Voor mij is de Aarde mijn basis, dit is ‘mijn’ planeet. Ik heb ook een andere planeet, gelijkend op de Aarde, bezocht. Bijna alles was hetzelfde, alleen het ras was iets anders.

Ik herinner me een droom van een paar weken geleden, waarbij we met een groepje mensen in een ruimteschip crashte op een planeet gelijkend op de Aarde. Wandelend door de straten herinnerde ik mij daar een leven, ik zag mijn oude huis, mijn oude school, de tramhalte vlak voor de school, etc. Het zijn geen herinneringen van of uit dit leven, maar meer van een parallel leven of zoiets. Ikzelf ken die straten en huizen en school niet, maar de IK in mijn droom wel. Coscas. Die naam verschijnt steeds weer voor me in de droom. Geen idee of het de naam van die planeet is, of iets anders.

Tevens zie ik beelden uit het vroegere Atlantis, en zie ik mijzelf met een blauwe mantel om met groene biezen en een staf met een goudkleurige bol aan het uiteinde. De oorlogen, het beschermen van de kristallen, de ondergang. En nog meer levens. Het gaat zo snel voorbij, het lijkt op een film die zich achterstevoren afspeelt, en niet in seconden maar in jaren, eeuwen. Ik besef me dat ik sinds het begin al op Aarde ben, en er niet meer weg wil. Haar ontwikkeling geeft mij vreugde, haar Zijn geeft me liefde en een thuis.

Ik hoor niet meer bij jullie, het is te lang geleden en ik heb nu andere zaken omhanden. Jullie kennen geen liefde, geen passie. Ik heb een missie hier, en jullie zijn daarbij van geen enkel nut.

De man kijkt neutraal, er komt geen gevoel bij kijken, helemaal niks. Ik besef me voor de zoveelste keer dat ik nooit bij hen gehoord heb, me hier nooit thuis gevoeld heb. Dit is ook niet mijn thuis uit mijn vroegere dromen. Het is gewoon een ver verleden, wat ik al eeuwenlang achter mij gelaten heb.

- Kom terug.
Ik kom niet meer terug, niet hier althans.


Ik verwijder me van de man. Hij kijkt me na, maar draait zich dan om en loopt het schip in. Ik word teruggetrokken naar de grot, waar Michaël op me wacht. Ik voel me teleurgesteld, boos en verdrietig.

Dit zuigt. Kom ik daar echt vandaan?
- Je hebt een keuze gemaakt, en die is altijd goed. Veroordeel ze niet, het is goed zoals het is.

Waarom heb ik deze reis gemaakt?
- Je hebt er om gevraagd, toch? Je vroeg me je verleden te laten zien.


Inderdaad, ik herinner het me weer. Ik vroeg Michaël mij wat meer te laten zien over mijzelf, en mijn roots.

Ik hoor daar niet, Michaël, en ik wil er ook niet horen. Ik ben zo niet.
- Je verleden maakt niet wie je bent, alleen de keuzes die je maakt. Veroordeel jezelf niet, en anderen ook niet. En je hoort daar, waar je van houdt. Waar je liefde ligt. Daar Ben je, daar ben je thuis.

Ik ben nu hier, en hier is liefde. Ze mogen dan wel veranderd zijn, maar zo’n liefde zullen ze nooit kennen.


Afschuw maakt zich weer meester van me. Of, nee...niet echt afschuw, meer een hopeloze zucht . Michaël slaat zijn ‘vleugels’ troostend om me heen:

- Je bent nu hier, je hebt jouw keuzes gemaakt, hou van jouw keuzes en jouw Zijn. Liefde is... er gewoon Zijn.

Hoe waar.


Aanvulling 30-12-2010.

Naar aanleiding van mijn gesprekken met de man en Michaël heb ik veel moeten nadenken vandaag. Dat gebeurt soms na weer eens zulke inzichten. De gesprekken tijdens deze reizen zijn (althans in mijn geval) erg uitgebreid. Wat ik me ervan herinner en opschrijf is slechts de essentie ervan. Terwijl ik ze opschrijf, komen er vaak genoeg nog andere opmerkingen en delen van gesprekken naar boven. Iets zat me echter nog niet lekker vandaag.
Michaël heb ik gevraagd om me wat meer te laten zien van mijn verleden, omdat ik daar weer over wilde weten. Omdat ik meer over mijzelf en mijn afkomst wilde weten. Daarna zegt hij, dat het verleden je niet maakt, maar alleen de keuzes die je maakt. Dat vond ik intrigerend. Daar ben ik over na gaan denken, en heb ik Michaël er verder over ‘uitgehoord’. Hieronder een deel van dat gesprek:

Michaël? Dat ras, dat is niet mijn ras. Ik hoor daar echt niet bij, het is maar een stukje uit mijn evolutie geweest.
- Ja, dat is juist.

Waarom kreeg ik dan het idee dat het wel een onderdeel van mijn essentie was?
- De keuze is een onderdeel geweest van jouw essentie. De keuze om een andere weg in te slaan.


Ik moet nu opeens aan Harry Potter denken en de Sorteerhoed, wanneer Potter aan Perkamentus vraagt waarom de Sorteerhoed hem niet bij Zwadderich heeft ingedeeld.

Dus ik kreeg dit te zien, omdat de keuze die mijn ziel destijds gemaakt heeft, een belangrijke keuze is geweest, die mij nu hier gebracht heeft?
- Ja.

Het ging niet om dat leven daar?
- Nee, dat is slechts een onderdeel geweest van weer een groter deel. Zoals jij zelf zegt: het is maar een onderdeel van jouw evolutie geweest. Je hebt eventjes onder hen geleefd, en gezien dat het anders kon. Je bent je eigen weg ingeslagen Daar hebben zij weer van geleerd.

Gut.
- Is het gut of God?

Grappenmaker.
- Altijd.

Ik denk dat het wel klopt. Als ik zo de andere levens bekijk die ik hier op aarde heb doorgebracht. Ik heb erg veel foute dingen gedaan en gezien, maar ook net zoveel weer goed gedaan hier op aarde. Zo is zo’n beetje elk leven (geweest) hè? Ik heb altijd mijn eigen lijn getrokken, mijn eigen weg gekozen... Kijken wat bij je past, wat niet, en zoveel mogelijk andere wegen of manieren zoeken. Om uiteindelijk weer bij jezelf terug te komen.
- Ja, inderdaad. Of bij een ras terug te komen.

Kappen nou.
- Ben jij melig? Meestal ben ik dat dan ook.

Nee, of ja. Maar nee, je bent gewoon een na-aper. Heb je het naar je zin op die tak, ondersteboven aan je staart hangend enzo?
- Ja, enorm! Doe je mee? Maar alle gekheid op een apestokje... Heb je het door, nu?

Ja, ik denk het wel. Het zat me dwars, en het klopte in mijn ogen niet. Mijn thuis is ergens anders.
- Jouw thuis is waar jouw hart ligt. En ik weet dat het je dwars zat. Beetje opgelucht nu?

Ja.
- Ga je mee rondhangen dan?

LOL.
Delen:

Social Services

Delen:

Netwerk

carina
Helderziende magda
Angela
Ies
Annemarie
Roy
Patske
xXBertDeZienerOpenaarDesDerdeOogXx69x420
Nouki