Oke, stel, ik onderzoek of de schimmen die ik af en toe in de tuin achter zie echt zijn. Ik haal er iemand bij, voor mijn part een medium, of ik ga zelf heel bewust op in het onderzoek, en kom uiteindelijk, na lang wikken en wegen, er achter dat het gewoon zo is, dat het niet meer is van 'ik geloof dat' maar meer een 'zeker weten'.
Vervolgens wordt je door externe of interne factoren aan het twijfelen gebracht. Bijvoorbeeld, je twijfelt aan jezelf; de mensen lachen je uit en denken dat je kierewiet bent; wetenschappers hebben onomstotelijk vastgesteld dat het onmogelijk is. Hoe kan ik dan vasthouden aan mijn weten?
Want ik zou dan zo sterk willen zijn, dat mijn waarheid mijn waarheid is. En dat deze, wat er ook wordt aangetoond, overeind blijft voor mij: het is míjn waarheid, ik heb de situatie voor mijzelf onderzocht en voor mij is het zo.
Ik respecteer dan toch maar de mening van de ander, maar probeer toch vast te houden aan mijn eigen waarheid.
Net zoals de oranje luchten, als er sneeuw in de lucht zit: is dan de sneeuw oranje? Of is het weerkaatsing van de straatverlichting? Urenlang soebatten over wat waar is, heeft geen zin, denk ik. Zes miljard mensen mogen allemaal een verschillende waarheid hebben. Vind ik.